Splash Camp

27 september 2019

Maandag 23 september Naar Splash Camp

We hebben voor het eerst in een aantal nachten weer eens goed geslapen; er was minder gebrul en getetter van beesten om ons huisje. Hoewel we om tien uur ‘s ochtends al moeten vliegen naar het volgende kamp, hebben we toch nog wel zin in een gamedrive. Onze vaste gids Bevan gaat al met andere gasten op een langere tocht, maar BB, eigenlijk de manager van het hotel, wil ons wel rondrijden. Hij heeft al jaren niet meer gegidst, maar als we zijn spiegelreflex met telelens zien denken we dat hij wel weet hoe hij een wild beest moet vinden.

We rijden een uurtje rond als we plotseling drie hyena’s op een draf voorbij zien komen, mogelijk dat ze door iets gevaarlijkers zijn verjaagd. Een halve kilometer terug zien we inderdaad twee mannetjesleeuwen, die in een strijd om dominantie verwikkeld zijn. Veel boze blikken naar elkaar, en dan weer het territorium afbakenen door kleine plasjes te plegen. De meest dominante leeuw ligt ook nog heel fotogeniek te wezen op een termietenheuvel, het levert mooie prenten op. Via de mobilofoon krijgt BB een kwartier later bericht dat een andere auto van het kamp twee cheetah’s gespot heeft. Na een half uurtje met volle vaart over het ruige landschap gereden te hebben, vinden ze we nog op de locatie die doorgegeven was. Het zijn twee jonge mannetjes, waarschijnlijk een moeder en kind die op zoek zijn naar voedsel. Wat verderop scharrelen wat Tsessebe’s rond, een soort antilopes, Deze hebben drommels goed in de gaten dat ze door de cheetah’s bekeken worden, en iedere keer als de roofdieren voorzichtig dichterbij komen, lopen de Tsessebe’s een stukje verder. De cheetah’s kunnen maar over een kleine afstand sprinten, en de Tsessebe’s blijven te ver weg, zodat ze uiteindelijk maar samen wat gaan relaxen op een heuveltje in de schaduw. Ze liggen om elkaar heen gedraaid, de gevreesde roofdieren veranderen in een gevlekt hoopje kattenbont.

Op de landingsstrip moet BB eerst nog een springbok verdrijven voordat het vliegtuigje er veilig op kan landen. Na een vlucht van maar 10 minuten landen we op de airstrip bij Splash camp, met een auto hadden we er tweeënhalf uur over gedaan... Omdat we nu maar op 200 meter hoogte vliegen hebben we perfect zicht om alle eilandjes en moerassen in dit gebied, en zien we tientallen dieren lopen. We moeten eerst nog 45 minuten rijden om bij Splash camp te komen, de rit is meteen al de eerste game drive, na een half uurtje rijden komen we zelfs een Cheetah tegen.

Het huisje is schitterend, mooi ingericht en heel nieuw, en het ligt vrij in de wilde natuur op tien minuten lopen van het hoofdgebouw. We krijgen daarom ook strenge instructies van onze gids Alex om nooit in het donker rond te lopen; alle denkbare diersoorten dwalen tussen de huisjes door.

Als we na de gamedrive ‘s avonds terugrijden zien we zelfs vlakbij het huisje een aardvark schichtig in zijn hol kruipen. Het is een miereneter die alleen ‘s nachts actief is, en weinig gezien wordt. ‘S Avonds dineren we met alle gasten aan een feestelijk gedekte tafel in de openlucht onder een schitterende sterrenhemel.

Dinsdag 24 september

Zoals gebruikelijk op safari krijgen we al om half zes de wake-up call, de zon komt net op. Als Jessica de gordijnen open doet, blijkt er vlak voor het raam een jakhals te staan; side-striped jackal. Het roofdier kijkt ons een tijd indringend aan, en slentert dan weg in de bosjes. Aan het ontbijt, dat geserveerd wordt bij het kampvuur, verteld Jessica aan gids Alex dat zij een jakhals zag. “Are you sure’ kijkt hij ons wat meewarig aan.... Als we wegrijden bij de lodge heeft Alex echter een verrassing voor ons; in de bosjes direct achter ons huis is op zo’n 20 meter afstand een gruwelijke moord gepleegd. Alex hoorde hoe rond vier uur ‘s ochtends een groep leeuwen een zebra te pakken hadden gekregen, en aan stukken hadden gescheurd. Wij hadden hier gewoon doorheen geslapen. Een achttal leeuwen doet zich tegoed aan de zebra, waarvan de hele buikwand en een poot al zijn afgescheurd. Sommige leeuwen hebben een vacht die doordrenkt is met gestold bloed, stukken weefsel van de zebra kleven aan hun nu donkere vocht. Smakkend scheuren ze stukken pees, huid en kraakbeen los, om bij de malsere spieren te komen. We huiveren als we bedenken hoe dichtbij ons huisje de leeuwen waren, wat er had kunnen gebeuren als we de instructies van het personeel niet braafjes hadden opgevolgd.

Er volgt een lange rit, waar we de gebruikelijke dieren zien, maar Alex is op zoek naar een groep wilde honden. Wilde honden delen een voorouder met de Europese wolf, ze leven ook in groepen. Ze zijn lang als een plaag gezien omdat ze zich aan de veestapel vergrepen, maar door de inspanning van de regering van Botswana begint de populatie zich te herstellen. We moeten een aantal malen met de auto door vijvers en beekjes rijden, waarbij we de voeten net droog houden, maar wel soms een krokodil langs de half ondergelopen auto zien wegschieten. Uiteindelijk komen we op een droog eiland in het moerasgebied aan, waar Alex een paar koppies tussen het lange gras ziet lopen. Het is een roedel van 26 wilde honden, 14 volwassenen en 12 jongeren, die door dit gebied heentrekken op zoek naar een nieuwe leefruimte. De jeep rijdt met de roedel mee, Alex waarschuwt de andere jeep van ons kamp dat hij de wilde honden gevonden heeft. De dieren lijken wel de kop van een herdershond te hebben, maar dan met wat grotere oren. Ze zijn duidelijk goed georganiseerd, als ze in de schaduw van een boom gaan rusten, gaan een aantal honden op strategische afstand om de groep heen staan. Alex vertelt dat een groep wilde honden van deze groep praktisch onverslaanbaar is, als een groep goed getrainde militairen overvallen ze hun prooi, waardoor ze zelfs de grotere grazers als een Kudu te pakken kunnen nemen. 

Alex verteld dat wilde honden met de hele groep tegelijkertijd aanvallen. Ze doden hun prooi niet door de keel door te bijten, of te laten verbloeden, maar door hun slachtoffer in een enkel ogenblik aan stukken te schuren. Leeuwen nemen gewoon happen uit hun prooi, net zolang tot ze verbloeden. Alex heeft wel eens een doodsstrijd gezien van een buffel die door leeuwen werd aangevallen die een uur duurde. Alex heeft een relatieve voorkeur voor de wilde honden:’ A nasty death, but it is very quick’ . We denken weer terug aan hoe het die zebra vanochtend vergaan is naast ons huisje.

‘S Middags hebben we weer een gamedrive, onze laatste deze vakantie. Wat willen we nog zien, vraagt Alex? Het maakt ons niet uit, we hebben eerder in Tanzania geleerd dat safari het Swahili woord is voor ‘ reis’. Een safari is geen menukaart waar je kan kiezen; het is een echte reis door de wildernis met alle onzekerheden die daarbij horen. Iedere safari kan je weer iets nieuws ontdekken of leren, er is vaak iets om van te genieten en soms word je met de gruwelijke realiteit van het leven geconfronteerd. ‘Whatever you can find, Alex’ zeggen we.

We rijden langs grote aantallen olifanten, zebra’s en allerlei andere soorten grazers, we zijn eraan gewend geraakt de laatste weken. Onze hartslag gaat toch weer omhoog als Alex het spoor van een luipaard vindt. Al vrij snel zien we het luipaard zitten, op de grond naast een boom, met een net gedode prooi naast zich. Het luipaard ziet ons ook, grijpt de prooi met zijn tanden vast, en klimt de boom naar een hoger gelegen tak. De prooi, een jakhals, drapeert hij netjes over een tak. Het luipaard kijkt ons vanuit de boom triomfantelijk aan; hij heeft zijn diner veilig gesteld.

We rijden naar een meertje gevuld met nijlpaarden voor onze laatste sundowner. Toen Botswana onafhankelijk werd, heeft de bevolking ervoor gekozen om de munteenheid de Pula te noemen. Pula betekend letterlijk ‘regen’, maar in dit zo droge land wordt Pula ook gebruikt om welvaart, zegen of voorspoed uit te drukken. En Pula is ook het woord dat je in Botswana gebruikt als je met elkaar proost! We proosten met Alex aan de rand van het meertje; Pula! Pula voor elkaar, voor de mensen die we ontmoet hebben deze reis, en veel Pula voor het schitterende Botswana.

Het is tijd om naar huis te gaan; en wensen de lezers van ons reisverhaal ook veel Pula toe!

Bas & Jessica

1 Reactie

  1. Remco de Boer:
    27 september 2019
    Ik zie dat jullie een mooie reis gehad hebben en dat je veel gezien hebt. Bedankt voor de verslagen en ik ben benieuwd naar de foto's, die komen we wel een keer bekijken.